Nieuwe wetgeving voor het concurrentiebeding

In veel arbeidsovereenkomsten wordt gebruik gemaakt van een concurrentiebeding. Een concurrentiebeding verbiedt de werknemer om na beëindiging van de arbeidsovereenkomst soortgelijke werkzaamheden uit te oefenen bij een andere werkgever, dan wel uit te oefenen als zelfstandig ondernemer. Uit onderzoek blijkt dat de huidige toepassing van concurrentiebedingen tot problemen leidt voor zowel werknemers als werkgevers. Een concurrentiebeding belet werknemers van baan te wisselen, daarnaast bemoeilijkt het concurrentiebeding werkgevers om nieuw personeel te vinden. Om het (oneigenlijk) gebruik van een concurrentiebeding tegen te gaan, heeft demissionair minister Van Gennip in juni 2023 aangekondigd dat zij de regels omtrent het concurrentiebeding wil aanscherpen.

Wetsvoorstel voor de modernisering van het concurrentiebeding

Het wetsvoorstel van minister Van Gennip houdt vermoedelijk de volgende wijzigingen in.

  • Het concurrentiebeding wordt wettelijk begrensd in duur. Een concurrentiebeding wordt voor maximaal voor een duur van 12 maanden mogelijk. Een concurrentiebeding dat een duur kent van langer dan 12 maanden zal nietig zijn. Ook een beding dat geen duur omschrijft zal nietig zijn;
  • Het concurrentiebeding moet geografisch worden afgebakend en in het contract specifiek en gemotiveerd worden opgenomen. Een concurrentiebeding is nietig als de reikwijdte niet geëxpliciteerd is. Indien de motivatie van de geografische reikwijdte onvoldoende is, kan de werknemer zich wenden tot de rechter;
  • De werkgever moet in contracten voor onbepaalde tijd het zwaarwichtig bedrijfsbelang van een concurrentiebeding motiveren. Voorheen gold deze eis enkel voor arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd;
  • Als de werkgever de werknemer aan het concurrentiebeding houdt, dan moet de werkgever een vergoeding betalen aan de werknemer. De verplichte vergoeding bij een beroep op het beding wordt op 50 procent van het laatst verdiende maandsalaris gesteld. De werkgever betaalt de volledige vergoeding vóór het einde van de arbeidsovereenkomst;
  • De werkgever moet tijdig en schriftelijk beroep doen op het concurrentiebeding. Het beroep is tijdig als het een maand voor het einde van de arbeidsovereenkomst is gedaan. De werkgever dient aan te geven hoelang hij de werknemer aan het concurrentiebeding houdt. Over deze maanden moet de vergoeding worden betaald.

De nietigheidsanctie is toegevoegd ter bescherming van de werknemer, hierdoor wordt de werkgever gedwongen duidelijke termijnen te formuleren en is het duidelijk of een beding wel of niet geldig is. Het motiveren van het zwaarwegend bedrijfsbelang bij contracten voor onbepaalde tijd heeft als doel om het concurrentiebeding als standaardclausule te laten verdwijnen. Door de werkgever te verplichten een vergoeding te betalen aan de werknemer bij het inroepen van het concurrentiebeding, hoopt minister Van Gennip dat de werkgever het concurrentiebeding minder snel inroept. De andere eisen verhogen de drempel om het concurrentiebeding überhaupt in de overeenkomst op te nemen.

Inkomen onder 1,5 keer modaal?

Naast het wetsvoorstel van minister Van Gennip heeft de Tweede Kamer afgelopen 13 februari een motie aangenomen om een wettelijke inkomensgrens te koppelen aan de toelaatbaarheid van een concurrentiebeding. De initiatiefnemers verzoeken de regering om het concurrentiebeding, naast de al voorgestelde inperkende elementen, duidelijk te begrenzen. Een concurrentiebeding wordt in dat geval nietig indien deze is opgelegd aan een werknemer die minder dan 1,5 keer modaal salaris (ongeveer € 66.000 in 2024) verdient bij een voltijd dienstverband. Hieraan wordt door de initiatiefnemers mede ten grondslag gelegd dat er in België een goedwerkend verbod ligt op de non-concurrentiebedingen. In België zijn de voorwaarden iets anders. Daar is een concurrentiebeding enkel geldig voor functies die in een cao zijn vastgelegd en een bruto-jaarloon tussen €41.969 en €83.939 hebben. Bij een bruto-jaarloon van meer dan €83.939 is het concurrentiebeding altijd geldig behalve voor de functies die bij een cao werden uitgesloten.

Tot slot

Het wetsvoorstel is in het eerste kwartaal van 2024 in internetconsultatie gegaan. Na deze internetconsultatie wordt het wetsvoorstel naar de Tweede Kamer gestuurd. Het streven is om de nieuwe wetgeving per 1 januari 2025 in werking te laten treden. Wij houden u natuurlijk op de hoogte van de ontwikkelingen op dit gebied.

Heb je vragen over het concurrentiebeding of wil je overleggen over jouw situatie? Neem dan gerust contact op met Team Arbeidsrecht voor deskundig advies. We staan klaar om je te helpen!


Bij het samenstellen van dit artikel/deze nieuwsbrief is geen rekening gehouden met eventuele bijzondere van toepassing zijnde wetgeving en afspraken zoals opgenomen in de CAO en/of (arbeids)overeenkomst. Daarbij is rekening gehouden met de wetgeving die op het moment van het schrijven van de tekst geldend is. Het kan dus zijn dat, met de veranderende wetgeving, de inhoud later achterhaald is. Mocht je de informatie in de praktijk willen hanteren, neem dan van tevoren even contact op met een van de advocaten van Goorts + Coppens zodat zij je goed kunnen informeren.

Onze kernwaarden

Samen

Een perfecte samenwerking intern en met de klant bepaalt het succes.

Gedreven

Voor klanten en intern, we doen meer dan verwacht, altijd een super voorbereiding en elke klant is een geschenk.

Anders

Goorts + Coppens dat andere advocatenkantoor in aanpak, klantcontact én presentatie.

Zullen wij je op de hoogte houden?

Maud Saes

Maud Saes

Advocaat Arbeid

Stel gerust je vraag aan ons

Heb je vragen of wil je graag een afspraak maken? Stuur ons een e-mailbericht.

Je gebruikt een verouderde webbrowser

Deze website maakt gebruik van moderne technieken die niet worden ondersteund door jouw webbrowser. Update mijn webbrowser

×