In de huidige coronacrisis kampen veel huishoudens met financiële problemen. Het betalen van de huurprijs wordt dan ook lastiger. Wat als huurders minder of zelfs helemaal geen inkomsten verwerven? En wat brengt dit met zich mee voor verhuurders? De Eerste Kamer heeft de wet ‘Tijdelijke Huurkorting’ aangenomen. Deze wet geldt voor de huur van zelfstandige woningen en is al in werking: vanaf 1 april 2021. Deze wet maakt het mogelijk om een (tijdelijke) huurkorting te vragen bij de verhuurder. Ook bevat de wet de mogelijkheid om aangezegde tijdelijke woninghuurovereenkomst met maximaal een paar maanden te verlengen.
Huurkorting
Een huurder die financiële problemen ondervindt, kan zijn verhuurder schriftelijk verzoeken om de huur tijdelijk te bevriezen dan wel verlagen. Onder bevriezen van de huur wordt verstaan dat de huur niet verhoogd wordt tijdens de jaarlijkse huurverhogingsronde. Verhuurder en huurder gaan in gesprek en maken samen afspraken over de tijdelijke huurkorting. Dit biedt voor de verhuurder de mogelijkheid om maatwerk te leveren. De tijdelijke huurkorting kan voor een periode van een maand tot maximaal drie jaar worden toegewezen.
Na de tijdelijke huurverlaging mag de verhuurder de huurprijs verhogen naar de huurprijs die gold voor de huurverlaging en de uitgestelde huurverhogingen doorvoeren. De verhuurder mag uitdrukkelijk niet de verleende huurkorting in rekening brengen. De huur mag niet worden teruggebracht naar de oorspronkelijke huurprijs, indien de huurkorting langer dan drie jaar duurt. In dat geval is de huurkorting permanent geworden.
Het verzoek tot tijdelijke huurkorting heeft mogelijk gunstige gevolgen voor huishoudens waarvoor een tijdelijke huurkorting een aangewezen weg is om in een overbruggingsperiode een oplossing te bieden bij bijvoorbeeld een plotselinge inkomensdaling of om doorstroming naar een duurdere huurwoning te vergemakkelijken.
Verlenging tijdelijke woninghuurovereenkomsten
Daarnaast biedt de wet een grondslag voor de huurder om schriftelijk aan verhuurder te verzoeken dat zijn tijdelijke huurovereenkomst wordt verlengd. Die periode kan maximaal tot 1 juli 2021 worden verlengd. Deze periode kan bij koninklijk besluit worden verlengd tot 1 januari 2022. Een huurder kan hierom verzoeken binnen één week na het moment waarop de verhuurder de huurovereenkomst heeft aangezegd.
Dus
De wet Tijdelijke Huurkorting zorgt er dus voor dat verhuurders huurders met een inkomensdaling kunnen helpen en maatwerk kunnen leveren. Het kabinet hoopt door middel van deze wet de doorstroom en de betaalbaarheid van wonen te bevorderen.
Wil je meer weten over dit onderwerp, neem dan contact op met Sharon Janssen via s.janssen@gca.nl