Dit artikel is het tweede deel van een zestal artikelen over het internationaal privaatrecht. In het eerste deel werd aangegeven dat het internationaal privaatrecht uit drie hoofdcategorieën bestaat. Het eerste deel kun je hier teruglezen. In dit tweede deel staat één van die hoofdcategorieën centraal: het internationale bevoegdheidsrecht. Het gaat daarbij om de vraag welke rechter bevoegd is om te oordelen over een zaak met een internationale rechtsverhouding. Mag bijvoorbeeld een Nederlandse rechter beslissen over een geschil dat is ontstaan met een Duitse klant? En hoe zit het bij een internationale arbeidsverhouding?
Welke rechter is bevoegd?
De vraag welke rechter bevoegd is, wordt beantwoord aan de hand van de Europese EEX-Verordening II, ook wel Brussel I-bis genoemd. Deze verordening is vrijwel altijd van toepassing indien de partijen woonachtig of gevestigd zijn in één van de lidstaten van de Europese Unie. De hoofdregel van de verordening is dat de rechter van het land waar de verweerder zijn woonplaats heeft of gevestigd is, bevoegd is. Heb jij een geschil met een Franse wederpartij en wil je de zaak voorleggen aan een rechter? Dan is op basis van de hoofdregel de Franse rechter bevoegd.
Hoofdregel en aanvullende bepalingen
Naast de hoofdregel bevat de verordening bepalingen die juist van de hoofdregel afwijken. Zo gelden voor consumentenovereenkomsten, arbeidsovereenkomsten en verzekeringsovereenkomsten aanvullende bepalingen, zodat de consument, werknemer en verzekeringsnemer als ‘zwakkere’ partij wordt beschermd. Deze partijen kunnen hun wederpartij ook oproepen voor het gerecht waar de consument, werknemer of verzekeringnemer woonachtig is. Daar staat tegenover dat een werkgever zijn vordering moet aanbrengen bij de rechtbank van de lidstaat waar de werknemer woont. Een Duitse werkgever die een vordering wil instellen tegen een Nederlandse werknemer, moet dus naar de Nederlandse rechter.
Exclusieve bevoegdheidsregels
Ook voorziet de verordening in bepalingen over exclusieve bevoegdheidsregels. Bij huur en verhuur van onroerende goederen moeten partijen zich richten tot de rechter van de lidstaat waar het onroerend goed is gelegen. Heb jij dus een vakantiewoning gehuurd in Italië, dan is de Italiaanse rechter bevoegd om over een geschil daarover te oordelen.
Zelf een bevoegde rechter aanwijzen
Tot slot is het mogelijk dat partijen zélf bepalen welke rechter bevoegd is om over geschillen tussen hen te oordelen. Partijen kunnen in een overeenkomst een zogenaamde forumkeuze opnemen. Dit houdt in dat partijen bij een geschil, zich richten tot het door henzelf gekozen gerecht. Van deze mogelijkheid wordt veel gebruik gemaakt in commerciële relaties en het is belangrijk om hier alert op te zijn. Een forumkeuze wordt namelijk vaak opgenomen in de ‘kleine lettertjes’ (lees dus de algemene voorwaarden!).
Zorg bij het aangaan van een internationale relatie dat je weet welke rechter bevoegd is, zodat je achteraf niet voor onaangename verrassingen komt te staan.
Wil je meer informatie over het internationaal privaatrecht? Neem contact op met Thomas Berkhout of Sharon Janssen, beiden advocaat Vastgoed en Onderneming.