In onze vorige nieuwsbrief hebben wij geschreven, dat in een standaard koopovereenkomst voor woningen vaak twee boetebepalingen zijn opgenomen. De ene boete, de ontbindingsboete, moet de koper betalen wanneer hij zijn verplichtingen niet nakomt en de verkoper de overeenkomst wil ontbinden. Deze boete is vaak gesteld op 10 procent van de koopprijs. De andere boete, de vertragingsboete, moet de koper betalen voor iedere dag dat hij zijn verplichtingen niet nakomt. Deze boete is vaak gesteld op 3 promille van de koopprijs per dag.
In deze nieuwsbrief gaat het over wie er kan worden aangesproken om de ontbindingsboete te voldoen. Onlangs is hierover een interessante uitspraak gedaan. In de betreffende casus hadden twee (professionele) partijen een koopovereenkomst gesloten met betrekking tot een kantoor-/bedrijfspand. De koper kreeg de financiering niet rond, wat tot gevolg had dat de verkoper de koopovereenkomst ontbond en de ontbindingsboete vorderde van de koper.
Naast de koper (een B.V.), werden de bestuurder van de koper (een Holding) en de bestuurder van de Holding (een natuurlijk persoon), aansprakelijk gesteld om de boete te betalen. De reden daarvoor was dat de verkoper vond dat de bestuurders behoorden te weten op het moment van de koop, dat de koper nooit haar verplichtingen zou kunnen nakomen (lees: de financiering niet rond zou krijgen).
Hoewel komt vast te staan dat op het moment van het sluiten van de koopovereenkomst de bestuurders van de koper niet wisten dat de financiering niet rond zou komen, heeft de Rechtbank Groningen geoordeeld dat de bestuurders wel aansprakelijk zijn voor de ontbindingsboete.
De verkoper kan nu bij meerdere partijen aankloppen om zijn boete voldaan te krijgen!
Voor meer informatie kunt u terecht bij Thomas Berkhout, advocaat vastgoed, via t.berkhout@gca.nl of op 0493-331486.