Er is aanleiding voor een update op het gebied van de berekening van kinderalimentatie! Het uitgangspunt in het rapport Tremanormen 2015 (dat vanaf 1 januari 2015 het kindgebonden budget inclusief de alleenstaande ouderkop in mindering moet worden gebracht op de behoefte van kinderen) is met gemengde gevoelens ontvangen. Het uitgangspunt kan namelijk tot gevolg hebben dat er in het geheel géén kinderalimentatie meer verschuldigd is.
Inmiddels zijn de eerste uitspraken op dit punt gewezen en de uitkomsten zijn wisselend:
Het Gerechtshof Den Bosch lijkt de Tremanormen onverkort toe te passen. Op 22 januari 2015 heeft het gerechtshof een beschikking gewezen waarin, conform de Tremanormen, het volledige kindgebonden budget inclusief de alleenstaande ouderkop in mindering wordt gebracht op de behoefte. Dit leidt uiteindelijk tot een lagere kinderalimentatie.
De Rechtbank in Den Haag ziet dit in het kader van een spoedprocedure anders. Het feit dat er in bepaalde gevallen geen behoefte meer over blijft, is volgens de rechtbank niet redelijk en in strijd met het wettelijke uitgangspunt dat ouders gehouden zijn tot het verstrekken van levensonderhoud aan hun kinderen. De rechtbank vindt het maatschappelijk niet aanvaardbaar dat in de behoefte van een kind volledig zou worden voorzien uit gemeenschapsmiddelen, terwijl er bij de alimentatieplichtige ouder wel draagkracht is om een bijdrage aan het levensonderhoud van de minderjarige te leveren. De rechtbank wijkt daarom af van de Tremanormen en brengt het verhoogde kindgebonden budget niet in mindering op de behoefte. Dit heeft een hogere alimentatie tot gevolg.
De oorzaak van de verschillende uitkomsten zou gelegen kunnen zijn in de volgende omstandigheden:
- de zaak bij het hof is behandeld op 27 november 2014 (toen het advies nog redelijk ‘vers’ was) terwijl de zaak bij de rechtbank is behandeld op 19 december 2014 (toen de discussie over de juistheid van het advies volop speelde);
- de beslissing van het hof is een definitieve beslissing over de hoogte van een bestaande kinderalimentatie terwijl de zaak bij de rechtbank een tijdelijke voorziening betrof (een tijdelijke kinderalimentatie in het kader van een spoedprocedure). Deze tijdelijke kinderalimentatie wordt dus in het kader van de echtscheidingsprocedure opnieuw bekeken, zodat een rechtbank het mogelijk eerder aandurft een afwijkend standpunt in te nemen.
Feit is wel dat men zich kennelijk ook binnen de rechterlijke macht bewust is van de nadelige consequenties die de aanbevolen werkwijze van de Expertgroep kan hebben. Helaas is er vanuit het kabinet nog geen antwoord gekomen op de diverse vragen die gesteld zijn door de leden van de Tweede Kamer. Minister Asscher heeft aangegeven de kwestie nader te analyseren en hierna de Tweede Kamer te informeren over de bevindingen en de Kamervragen te zullen beantwoorden.
Uiteraard volgen wij de ontwikkelingen op de voet en zullen wij u hiervan op de hoogte houden. Voor meer informatie over dit onderwerp, kunt u contact opnemen met Imke Gerrits via i.gerrits@gca.nl of 0493-31486.