De beoordeling bij de plattelandswoning

Op 29 januari 2016 publiceerden wij een artikel over de plattelandswoning waarin aandacht werd besteed aan het beoordelingskader voor plattelandswoning. In de uitspraken van 18 mei 2016 (Wijchen) en in de uitspraak van 25 mei 2016 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak een oordeel gegeven over de toelaatbaarheid van de plattelandswoning in de concrete situatie.

In het artikel van 29 januari jl. hebben wij uiteen gezet dat de plattelandswoning mogelijk is indien wordt voldaan aan de normen en dat ook kan worden onderbouwd. Zo volgde uit de rechtspraak dat ook beoordeeld moest worden wat de gevolgen waren voor de luchtkwaliteit.

In de zaak van 18 mei jl. overwoog de Afdeling dat niet werd voldaan aan de normen aangezien uit het geuronderzoek naar voren kwam dat de geurnomen fors werden overschreden (25,7 OUE/m³ in plaats van 8 OUE/m³). Volgens de Afdeling was het niet aannemelijk dat er gezondheidsrisico’s te verwachten zijn en dus was er sprake van een aanvaardbaar woon- en leefklimaat. Vervolgens werd aandacht besteed aan het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen. De plattelandswoning was op slechts vijf meter van een boomgaard gelegen. In de rechtspraak wordt hiervoor, als vuistregel, een afstand van 50 meter gehanteerd. Hiervan kan worden afgeweken mits dat is onderbouwd. In dit geval had de raad niet onderzocht wat de gevolgen waren van de gewasbeschermingsmiddelen voor de plattelandswoning. Ook had de gemeenteraad ten onrechte de bestaande omvang van de boomgaard in de afweging betrokken en geen rekening gehouden met de maximale mogelijkheden van het bestemmingsplan De raad had om die redenen ten onrechte de woning als plattelandswoning aangeduid.

Nogmaals, uit de uitspraak volgt niet dat de plattelandswoning niet mogelijk is maar wel dat de gevolgen goed moeten worden onderbouwd.

In de uitspraak van 26 mei jl. waren de gevolgen voor de plattelandswoning wel goed onderzocht. Ook hier speelde luchtkwaliteit en gewasbeschermingsmiddelen een rol.

Ten aanzien van lucht overwoog de Afdeling dat uit het luchtkwaliteitsonderzoek volgde dat de jaargemiddelde concentratie van zwevende deeltjes PM10 ruim beneden de grenswaarde van 40 μg/m3 uit bijlage 2 van de Wet milieubeheer bleef. Deze conclusie gold ook wanneer het bedrijf in een zogeheten worst case scenario zou uitbreiden met 100 koeien, een verdubbeling van het huidige aantal. Het woon- en leefklimaat werd ook aanvaardbaar geacht nu ruim beneden de geurnormen werd gebleven. Waar in de uitspraak van 18 mei jl. de gewasbeschermingsmiddelen een probleem vormde was daar in deze casus geen sprake van aangezien de woning op ongeveer 70 meter was gelegen van het perceel waar gewasbeschermingsmiddelen werden gebruikt. De raad had in die kwestie terecht de woning als plattelandswoning aangeduid.

Conclusie

Uit de voorgaande beschouwing volgt dat overheden nog steeds gebruik kunnen maken van de plattelandswoning op het moment dat de bedrijfswoning wordt afgesplitst van het agrarisch bedrijf. Het is in dat geval zaak om de gevolgen goed in beeld te brengen via een gespecialiseerd adviseur.

Is de plattelandswoning dan altijd de oplossing? Nee, want in veel gevallen hebben we te maken met een stoppende boer die wel in de woning wil blijven wonen maar geen gebruik meer wil maken van de stallen op het perceel. Het gevolg is dat de boer het perceel gebruikt in strijd met de agrarische bestemming en feitelijk dus zijn woning moet verlaten. Een plattelandswoning biedt dan geen oplossing want het agrarisch bedrijf is niet meer in werking. Het is dan ook van groot belang dat zowel provincie als de gemeentes na gaan denken over een invulling van het buitengebied. Steeds meer boeren zullen stoppen en dat betekent dat steeds meer strijdigheid zal ontstaan in het buitengebied. Hoog tijd om hier proactief mee bezig te zijn en te bekijken op welke manier het buitengebied kan worden ingevuld.

Mocht u vragen hebben over dit onderwerp neemt u dan contact op met Ruud Verkoijen, advocaat Milieu + Omgeving r.verkoijen@gca.nl of Niels Crooijmans, advocaat Milieu + Omgeving n.crooijmans@gca.nl of neem telefonisch hierover contact op met ons kantoor in Deurne 0493-331474.


Bij het samenstellen van dit artikel/deze nieuwsbrief is geen rekening gehouden met eventuele bijzondere van toepassing zijnde wetgeving en afspraken zoals opgenomen in de CAO en/of (arbeids)overeenkomst. Daarbij is rekening gehouden met de wetgeving die op het moment van het schrijven van de tekst geldend is. Het kan dus zijn dat, met de veranderende wetgeving, de inhoud later achterhaald is. Mocht je de informatie in de praktijk willen hanteren, neem dan van tevoren even contact op met een van de advocaten van Goorts + Coppens zodat zij je goed kunnen informeren.

Onze kernwaarden

Samen

Een perfecte samenwerking intern en met de klant bepaalt het succes.

Gedreven

Voor klanten en intern, we doen meer dan verwacht, altijd een super voorbereiding en elke klant is een geschenk.

Anders

Goorts + Coppens dat andere advocatenkantoor in aanpak, klantcontact én presentatie.

Zullen wij je op de hoogte houden?

Maud Saes

Maud Saes

Advocaat Arbeid

Stel gerust je vraag over Vergunningen

Heb je vragen of wil je graag een afspraak maken? Stuur ons een e-mailbericht.

Je gebruikt een verouderde webbrowser

Deze website maakt gebruik van moderne technieken die niet worden ondersteund door jouw webbrowser. Update mijn webbrowser

×