Ondernemingen zijn momenteel druk met het afsluiten van het afgelopen boekjaar. Mogelijk liggen er dividendbesluiten die nog niet zijn uitgevoerd. Bestuurders zullen voorzichtig moeten zijn. Het moment waarop de uitkering daadwerkelijk wordt gedaan is cruciaal voor het bepalen van de continuïteitsverwachting en daarmee ook de mogelijke bestuurdersaansprakelijkheid.
Wie bepaalt de bestemming van de winst?
De aandeelhoudersvergadering is in beginsel bevoegd om de winstbestemming te bepalen. Hier kan dus worden besloten dat er een (tussentijdse) uitkering wordt gedaan aan aandeelhouders. In de statuten kunnen hier andere regels over zijn opgenomen.
Het bestuur heeft het laatste woord
Het bestuur dient vooraf aan de uitkering altijd een balans- en uitkeringstest uit te voeren.
- Balanstest: Een onderneming mag alleen uitkeren als het eigen vermogen groter is dan de wettelijke of statutaire reserves. Vrije reserves en het op de aandelen gestorte kapitaal mogen in beginsel wel worden uitgekeerd.
- Uitkeringstest: De onderneming moet na de uitkering haar opeisbare schulden kunnen blijven betalen. Het moment van daadwerkelijke uitkering is hierbij beslissend, niet het moment van het besluit.
Geeft het bestuur geen goedkeuring, dan blijft het besluit dat de aandeelhoudersvergadering neemt zonder gevolg. Het bestuur weigert slechts toestemming indien het weet of redelijkerwijs behoort te voorzien dat een uitkering ertoe leidt dat de liquiditeit van de vennootschap in gevaar komt. Dit is ook logisch omdat het bestuur namens de vennootschap handelt en dus ervoor moet zorgen dat uitkeringen alleen worden gedaan als de vennootschap dit kan dragen.
Advies
Als het bestuur ten tijde van de uitkering wist of had moeten weten dat de vennootschap na een uitkering in financiële moeilijkheden zou komen te verkeren, is het bestuur (hoofdelijk) aansprakelijk. Ons advies is dan ook: wees voorzichtig met dividenduitkeringen in deze onzekere periode. Worden dividenduitkeringen gedaan, zorg er dan voor dat de continuïteit van de onderneming niet in gevaar komt.