Op 1 juli 2012 wordt de regelgeving voor de buitengerechtelijke kosten veranderd. Wanneer er kosten zijn gemaakt voor werkzaamheden die zijn verricht voordat er daadwerkelijk een procedure wordt gestart, kunnen deze op basis van de buitengerechtelijke kosten worden vergoed. Hieronder vallen bijvoorbeeld de kosten van correspondentie van een advocaat met de wederpartij. De wetswijziging moet leiden tot rechtszekerheid voor de consument.
In de nieuwe wet wordt de hoogte van de vergoeding bepaald door een aantal procenten van de hoofdsom. Ook de BTW mag bij de buitengerechtelijke kosten worden opgeteld. Er is een tabel ontwikkeld om het berekenen van de buitengerechtelijke kosten inzichtelijker te maken. Hoe hoger het bedrag dat nog geïncasseerd moet worden, des te lager het percentage aan buitengerechtelijke kosten wordt. Een voorbeeld maakt dit duidelijk:
Een consument koopt een computer en betaalt vervolgens niet. De computer kost € 2.750,00. Dan worden de buitengerechtelijke kosten als volgt vastgesteld: 15% van € 2.500,00 en 10% van € 250,00. Het totale bedrag is dan dus € 400,00.
Mocht iemand meerdere vorderingen hebben op een partij, dan moeten de vorderingen bij elkaar worden opgeteld, zodat de buitengerechtelijke kosten over het totale bedrag berekend kunnen worden. Hierop kan wel een uitzondering worden gemaakt.
Wanneer de schuldenaar consument is, moet deze nog tenminste één keer worden aangeschreven. In deze brief wordt de schuldenaar door de schuldeiser gemaand om zijn verplichting(en) na te komen. Wanneer de consument deze aanmaning ontvangt, krijgt hij nog 14 dagen de tijd om de hoofdsom te betalen zonder dat hij de buitengerechtelijke kosten verschuldigd is.
De nieuwe wet is in beginsel van toepassing op alle vormen van consumentenkoop. Indien een consument bij een transactie betrokken is c.q. partij is in de procedure, mag niet van de nieuwe regeling worden afgeweken. Onderling mogen bedrijven andere afspraken maken. Het kan zo zijn dat de oude regeling voordeliger is voor de schuldeiser. Zijn er geen afspraken gemaakt tussen bedrijven, dan is de nieuwe regeling van toepassing.
Al met al biedt de wetswijziging dus meer rechtszekerheid, nu de hoogte van de buitengerechtelijke kosten is bepaald vanaf het moment dat de vordering vaststaat. De hoogte wordt niet langer pas in het vonnis door de rechter vastgesteld, maar is van meet af aan duidelijk.
Wil je weten welke regeling het beste bij u past en wat deze regeling voor jou betekent? Neem dan contact op met Luc Tacx, advocaat onderneming via telefoonnummer 0493 – 352070 of via l.tacx@gca.nl. Ook voor andere informatie over dit onderwerp kun je met hem contact opnemen.