De Hoge Raad oordeelde op 25 november 2016 over de uitleg van een sociaal plan. Een sociaal plan is bedoeld om regelingen en voorzieningen te treffen voor werknemers die getroffen worden door een reorganisatie. Met het sociaal plan geeft de werkgever aan hoe de sociale en financiële gevolgen van de reorganisatie worden opgevangen.
Feiten
Het gaat in deze zaak om een tapijtfabrikant die wil gaan reorganiseren. Om die reden wordt een sociaal plan opgesteld. Bij de onderhandelingen zijn FNV, de personeelsfunctionaris en bedrijfsleider van de tapijtfabrikant en Condor betrokken. Condor is de enige aandeelhouder van de tapijtfabrikant. De directeur van Condor heeft het sociaal plan ondertekend. In het sociaal plan staat dat de aandeelhouder zich garant stelt voor de uitvoering van het sociaal plan als de tapijtfabrikant failliet gaat. Het sociaal plan is van toepassing verklaard op het personeel dat op de datum van de inwerkingtreding van het sociaal plan voor onbepaalde tijd in dienst is en door de reorganisatie boventallig is. Het sociaal plan heeft een looptijd van vijf jaar.
Een jaar na de reorganisatie wordt de tapijtfabrikant failliet verklaard. De werknemers die nog in dienst waren, de ‘achterblijvers’, worden ontslagen. Zij doen een beroep op het sociaal plan. Het is echter onduidelijk of het sociaal plan op hen van toepassing is, aangezien faillissement niet expliciet onder het toepassingsbereik valt. Er ontstaat een geschil over de uitleg van het sociaal plan.
Cao-norm
Tijdens de onderhandelingen over het sociaal plan is de bedoeling van de werknemers niet naar voren gekomen. Zij zijn aan het sociaal plan gebonden zonder dat zij invloed hebben op de totstandkoming ervan. In dat geval wordt een overeenkomst uitgelegd aan de zogenaamde cao-norm. Dit houdt in dat alleen de objectief kenbare elementen een rol spelen bij de uitleg van een tekst. De niet kenbare partijbedoeling mag niet bij de uitleg betrokken worden. De cao-norm zorgt er voor dat een overeenkomst voor alle partijen op dezelfde manier wordt uitgelegd.
Een uitleg op basis van de cao-norm zou in deze zaak inhouden dat het sociaal plan niet van toepassing is op de achterblijvers, met als gevolg dat zij geen vergoeding krijgen op grond van dit plan. Faillissement valt namelijk niet expliciet onder het toepassingsbereik.
Hoge Raad
De Hoge Raad oordeelt over de vraag of een groep werknemers die uitgaande gaan van de tekst van een sociaal plan buiten de werkingssfeer daarvan valt, daaraan niettemin rechten kan ontlenen. De Hoge Raad oordeelt dat in de bijzondere omstandigheden van het geval mag worden afgeweken van de cao-norm. Dat betekent bij uitzondering rekening mag worden gehouden met andere factoren dan de objectief kenbare.
De feiten en omstandigheden van deze zaak (de garantstelling van Condor, de onderhandelingen, de looptijd en de instemming van de Ondernemingsraad) brengen mee dat bij de uitleg van het sociaal plan ook betekenis toekomt aan de voor derden niet kenbare bedoelingen van de opstellers van het sociaal plan. Bij die uitleg moeten in dit geval ook de niet-openbare eerdere concepten van het sociaal plan en het positieve advies van de Ondernemingsraad worden betrokken. Dit heeft als gevolg dat de werknemers, hoewel zij strikt genomen niet onder het toepassingsbereik van het sociaal plan vallen, daaraan toch rechten kunnen ontlenen.