Asbest heeft lang bekend gestaan als goed bouwmateriaal. Het is goedkoop, sterk, slijtvast en bestand tegen hoge temperaturen. Het is daarom in het verleden veel toegepast in bijvoorbeeld woningen en andere gebouwen. Vanaf het begin van de jaren ’70 werden de (gezondheids)risico’s van asbest steeds meer bekend. Bekend werd bijvoorbeeld dat het inademen van asbestvezels kankerverwekkend is. Daarom mag het nu niet meer gebruikt worden. Vanwege de ruime toepassing in het verleden, komen bouwbedrijven echter nog steeds regelmatig asbest tegen bij (ver)bouwwerkzaamheden.
Asbest is vaak lastig te herkennen. Soms herken je het pas als het al te laat is, bijvoorbeeld als de sloopwerkzaamheden al zijn gestart. Het risico bestaat dan dat het asbest is beschadigd, dat asbestdeeltjes zich hebben verspreid en dat er sprake is van asbestverontreiniging. Maar wanneer ben je aansprakelijk voor schade als gevolg van asbestverontreiniging? Daarover heeft het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden onlangs geoordeeld.
Wat was er aan de hand?
De eigenaar van een winkel geeft een timmerman opdracht om een lekkage in zijn winkel te repareren. Om de lekkage te verhelpen, moet de timmerman een deel uit een koof zagen, zodat hij bij de lekkage kan. Achteraf blijkt dat de koof asbesthoudend materiaal bevat. Door de werkzaamheden hebben kleine asbestdeeltjes zich door de winkel is verspreid. De winkelier schakelt een asbestsaneringsbedrijf in om het asbest te verwijderen en krijgt daarvoor een gepeperde rekening van bijna € 74.000. De winkelier stelt vervolgens de timmerman aansprakelijk voor de schade en start een juridische procedure bij de rechtbank. De rechtbank vond dat de timmerman niet aansprakelijk was. Daarop stelde de winkelier hoger beroep in bij het hof.
Wat vond het hof?
Het hof stelt voorop dat een opdrachtnemer (de timmerman in dit geval) een zorgplicht heeft. De timmerman is verplicht om als een goed opdrachtnemer te handelen. Dat betekent dat hij als een redelijk bekwaam en redelijk handelend timmerman te werk moet zijn gegaan. Wanneer dat zo is, is volgens het hof afhankelijk van alle omstandigheden van het geval.
Het hof overweegt vervolgens dat de timmerman weliswaar een ervaren timmerman is, maar geen specifieke deskundigheid heeft op het gebied van asbest. Verder is van belang dat de timmerman niet op de hoogte was van de ouderdom van het winkelpand en dat hem ook niet bekend was wanneer de koof in het pand is geplaatst. Op basis daarvan kon de timmerman dus geen vermoeden van asbest hebben. Ook vond het hof van belang dat het plaatmateriaal van de koof in goede staat verkeerde en er niet uitzag als materiaal waarin normaal gesproken asbest verwerkt zit. Ook door de plaats hoefde de timmerman niet te vermoeden dat er asbest in het spel was. De koof was namelijk rondom de waterafvoer van het pand geplaatst, terwijl je asbest normaal gesproken tegenkomt op plaatsen waar brandgevaar is. Asbest staat immers vooral bekend als brandwerend materiaal.
Uit deze omstandigheden maakt het hof op dat de timmerman niet hoefde te weten dat er asbest in het winkelpand aanwezig was. Ook het hof komt dus tot de conclusie dat de timmerman niet aansprakelijk is.
Tip voor bouwbedrijven
De vraag of je aansprakelijk bent voor schade als gevolg van asbestverontreiniging, is afhankelijk van de omstandigheden van het geval, waaronder je deskundigheid op het gebied van asbest, de ouderdom van het pand, hoe het materiaal eruit ziet en de plaats waar het is aangetroffen. Als je wist of had kunnen weten dat er asbest in een pand zit, dan loop je het risico dat je aansprakelijk bent voor schade op het moment dat er asbest wordt ontdekt. Vraag jezelf dus (zeker voor gebouwen die zijn gebouwd voor 1993) van tevoren af of er asbest aanwezig kan zijn en stel er vragen over aan je opdrachtgever. Laat een asbestinventarisatie uitvoeren als je het niet vertrouwt. Voorkomen is immers beter dan genezen.